-
1 conseil
conseil [kõsej]〈m.〉2 raadsman ⇒ raadgever, adviseur♦voorbeelden:faire qc. sur le conseil de qn. • iets op aanraden van iemand doenprendre, demander conseil à qn. • iemand raadplegenconseil judiciaire • curatorconseil de discipline • tuchtraadconseil d'Etat • Raad van Stateconseil de guerre • krijgsraadconseil des ministres • ministerraadConseil de Sécurité • Veiligheidsraadtenir conseil • overleg plegen→ nuitm1) raad(geving), advies2) raadsman, adviseur3) raad, bestuur -
2 prendre, demander conseil à qn.
prendre, demander conseil à qn.Dictionnaire français-néerlandais > prendre, demander conseil à qn.
-
3 consulter
consulter [kõsuultee]II 〈 overgankelijk werkwoord〉3 zich laten leiden door ⇒ handelen naar, volgen, gehoor geven aan♦voorbeelden:consulter qn. du regard • iemand vragend aankijkenouvrage à consulter • naslagwerkv1) beraadslagen, overleggen3) raadplegen, om advies vragen4) naslaan, inzien, nakijken (op)5) handelen (naar), volgen -
4 voir
voir [vwaar]1 zien♦voorbeelden:il voit trouble • het schemert hem, alles danst hem voor de ogenon ne voit pas à dix pas • je kunt geen hand voor ogen zienne voir que par les yeux de qn. • blindelings op iemands oordeel afgaanje n'y vois goutte • ik zie niets2 il va voir à nous loger • hij zal zien, proberen ons ergens onder te brengenII 〈 overgankelijk werkwoord〉1 zien ⇒ getuige zijn van, beleven, meemaken2 bezoeken ⇒ opzoeken, bezichtigen3 ontmoeten ⇒ zien, spreken met, omgaan met4 (in)zien ⇒ constateren, ondervinden5 bekijken ⇒ nagaan, zien6 bezien ⇒ beoordelen, beschouwen7 voor zich zien ⇒ zich een voorstelling maken van, begrijpen♦voorbeelden:vous m'en voyez ravi • ik ben er verrukt vanse faire voir • zich vertonen, zich laten zienvoir venir qn. • iemand doorhebbenen voir (de belles, de toutes les couleurs) • heel wat narigheid meemakenen avoir vu bien d'autres • nog wel wat anders meegemaakt hebbenen faire voir à qn. • iemand het leven zuur makenon aura tout vu • dat is het toppuntje voudrais vous y voir • ik zou u wel eens in mijn plaats willen zienregarder qn. sans le voir • door iemand heen kijkenil faut voir venir • we moeten afwachtenaller voir qn. • iemand opzoekenje ne peux pas le voir • ik kan hem niet uitstaanje ne le vois plus • ik heb het contact met hem verbroken3 pourrais-je voir le patron? • zou ik de baas kunnen spreken?allez voir là-bas si j'y suis • hoepel op, laat me met rustvoyons! • kom aan!c'est à voir • dat staat te bezienne voir que l'argent • alleen maar oog voor het geld hebbenvoir les choses en noir • een pessimistische kijk hebbenje ne le vois pas en médecin • ik zie geen dokter in hemvoir qn. en bienfaiteur • iemand als zijn weldoener zien¶ essaie voir • probeer het maar, als je durftje vois • ik begrijp hetn'avoir rien à voir dans, avec une affaire • niets te maken hebben met een zaakcela n'a pas grand-chose à voir avec mes idées • dat heeft niet veel te maken met mijn ideeënessaie un peu pour voir! • probeer maar eens als je durft!cela n'a rien à voir • dat heeft er niets mee te maken♦voorbeelden:elle s'est vu refuser l'entrée • men heeft haar de toegang geweigerd→ nez1. v1) zien2) bezoeken3) ontmoeten4) inzien, constateren5) bekijken6) bezien7) begrijpen2. se voirv2) zich zien3) gebeuren5) elkaar zien -
5 consultation
consultation [kõsuultaasjõ]〈v.〉1 beraadslaging ⇒ bespreking, overleg5 raadpleging ⇒ (het) om raad, een mening vragen6 (het) naslaan ⇒ (het) raadplegen, (het) inzien♦voorbeelden:1 entrer en consultation avec qn. • overleg plegen met iemand, bij iemand te rade gaandonner des consultations • spreekuur houden→ cabinetconsultation populaire • volksstemmingf1) bespreking, overleg2) (het geven van) advies, consult [arts, deskundige]3) spreekuur [medisch]5) raadpleging -
6 interroger
interroger [ẽterrozĵee]1 ondervragen ⇒ verhoren, in verhoor nemen2 vragen stellen aan ⇒ interviewen, overhoren, examineren3 onderzoeken ⇒ nader bestuderen, aandachtig bekijken♦voorbeelden:interroger sa mémoire • zijn geheugen raadplegeninterroger qn. du regard • iemand vragend aankijkeninterroger qn. sur la direction à prendre • bij iemand informeren welke weg men moet nemen♦voorbeelden:v1) ondervragen, verhoren2) examineren, overhoren3) onderzoeken
Перевод: с французского на нидерландский
с нидерландского на французский- С нидерландского на:
- Французский
- С французского на:
- Нидерландский